Elektrische mobiliteit in 2020: de trends

Wagens: een heel gamma nieuwe modellen

Belgische bestuurders bleven lange tijd gehecht aan hun SUV of berline. Het heeft dan ook een tijdje geduurd vooraleer hun interesse in elektrisch rijden begon te groeien. Een van de redenen was het relatief beperkte aanbod aan modellen. Volgens Febiac, de federatie van constructeurs en invoerders, waren dat er 25 in 2019. In dat domein waren er eerst de pioniers zoals Nissan Leaf, Renault Zoe, BMW i3, Citroën C-Zero of SmartForTwo.

Bij alle koetswerktypes en bij bijna alle merken is er nu een derde golf elektrische wagens. Sommige modellen zijn een elektrische variant van een bestaand model:

De generatie Z kies voor elektrische mobiliteit

De jongeren van de generatie Z zijn geboren rond het jaar 2000 en behalen dus nu hun rijbewijs. Ook zij zien wel iets in elektrische mobiliteit. Een verklaring daarvoor is hun bekommernis om het milieu. Toch letten ze ook op hun budget. En gezien de aankoopprijs (tussen 25.000 en 30.000€ voor de goedkoopste modellen) is een wagen niet meteen wat ze zoeken...

De generatie Z kiest dan ook eerder voor lichtere vervoermiddelen zoals elektrische steps, fietsen of scooters. Die scooters bijvoorbeeld kwamen zo'n vijf tot zes jaar geleden voor het eerst op de markt en zijn nu aan een stevige opmars bezig: +47,5% volgens Febiac. Bij de elektrische scooters is er een ruime keuze aan modellen (met als wereldwijde marktleider het Chinese merk Niu), de prijzen zijn vrij democratisch (tussen 1.800 en 6.000 €), ze hebben een aanvaardbare autonomie (tussen 50 en 170 km) en ze zijn makkelijk te gebruiken in de stad.

Speed pedelecs – de fietsen waar je tot 45 km/u mee kunt rijden – gaan ook vlot over de toonbank. Midden 2019 waren de marktleiders in dat domein Stromer en Riese & Müller.

Laadpalen: het aanbod breidt uit

Ook bij de laadpalen zien we vooruitgang. Die markt telt op dit moment een twintigtal leveranciers. Bovendien zie je bij supermarkten ook steeds vaker parkeerplaatsen voor elektrische wagens. Het aantal laadpalen neemt dus toe, hoewel België hier nog wat achterop hinkt.

Volgens AVERE Belgium, de lokale afdeling van de Europese Federatie voor elektrische mobiliteit, telde ons land begin 2020 3.682 publieke laadpunten, buiten die in bedrijven en woningen. Tegen de zomer van 2020 zouden er in Brussel nog 100 nieuwe laadpalen bijkomen. Vlaanderen zou tegen het einde van het jaar het aantal laadpalen willen zien toenemen van 3.236 naar 7.400 en Wallonië hoopt tegen december het aantal te verhogen van 824 naar 1.000 palen. 

Voor de bedrijven ontwikkelde ENGIE Smatch, een technische en informaticaoplossing die hen helpt om het netwerk op een slimmere manier te gebruiken en de impact op je elektrische installatie te verkleinen. Zo wordt het opladen van de wagen versneld of vertraagd naargelang van de beschikbare elektriciteit in het bedrijf. Het systeem kan ook prioriteiten beheren in functie van de behoeften van de gebruikers. Tot slot kan de installatiekost tot 30% worden verlaagd.